ProProf Magazine Nummer 40

Ht jaar 2015 was geen topjaar voor ons voetbal. Natuurlijk kwam dit met name door de uitschakeling van Oranje voor het EK in Frankrijk. Een blamage gezien de derde plaats op het WK in Brazilië het jaar daarvoor. Misschien is het enkel te wijten aan de standplaats van het EK. De laatste keer dat Oranje een EK-eindtoernooi niet haalde was in 1984, in…..Frankrijk. Maar er is natuurlijk meer aan de hand, ook gezien de matige prestaties van Nederlandse clubs op de Europese velden de laatste jaren. De KNVB organiseerde in december 2014 een congres over de toekomst van het Nederlandse voetbal. Een van de oorzaken die daar werden aangestipt voor de verzwakking van het Neder- landse voetbal was het spelen op kunstgras. Vreemd genoeg is Nederland het enige land waar op grote schaal op kunstgrieten gespeeld wordt. Naar aanleiding van het congres besloot de KNVB om de zaak te laten onderzoeken door wetenschappers, een sport- socioloog en een hoogleraar klinische sportgeneeskunde. Eind vorig jaar werden de uitkomsten op een seminar gepresenteerd, zoge- naamd op basis van feiten. Een van de onderzochte zaken was of kunst- gras softies kweekt? Er zouden enkel nog comfortvoetballers worden opgeleid die niet gewend zijn zich te wapenen in fysieke duels. Volgens de wetenschappers was dit onwaar- schijnlijk! De feiten waren dat data over de fysieke kracht van spelers niet beschikbaar waren. Er waren wel data over gele en rode kaarten. Het aantal kaarten was ongeveer gelijk. Als de hoeveelheid fysieke duels zou afnemen, zou je minder overtredingen en gele en rode kaarten verwachten. Nu hoor ik van spelers dat er op kunstgras daadwerkelijk minder duels zijn dan op natuurgras. De scheids- rechtersbaas van de KNVB vertelde dat hij van mening was dat de huidige generatie profvoetballers een tackle of sliding, technisch gezien, minder goed kan uitvoeren. Gevolg van deze laatste aanname is dat spelers juist eerder een kaart krijgen omdat de uitvoering van hun tackle niet juist is en dus sneller een overtreding oplevert. Misschien komt dit doordat ze minder tackles maken of hier minder op oefenen. En misschien oefenen ze wel minder op tackles omdat deze vaardigheid minder noodzakelijk is op kunstgras. Wie heeft er nu gelijk? De weten- schappers of de mensen uit de praktijk? Een andere stelling was dat kunstgras de aard van het spel verandert. Deze claim werd onderzocht aan de hand van de veronderstelling dat de bal voorspelbaarder zou rollen en er min- der tackles zouden worden gemaakt. Gevolg zou zijn, meer schoten en meer doelpunten. Ook deze bevinding was volgens de wetenschappers onjuist. Het spelen op kunstgras zou maximaal een of twee doelpunten verschil kunnen maken, weinig betekenisvol. Van voetballers hoor ik juist weer dat ze de bal bij vrije trappen en bij lange ballen anders moeten raken op kunstgras dan op gewoon gras. Wie heeft er hier nu gelijk, de weten- schappers of de jongens uit de praktijk? Anyway, ik begrijp ook wel dat spelen op gras of kunstgras slechts een van de mogelijke oorzaken is waardoor ons voetbal achteruit gaat. De KNVB heeft nu aan een aantal adviseurs gevraagd om hun visie te geven. Meer dan zeventig mensen zijn betrokken bij masterplan 2.0, dat voor vernieuwing en verbetering van het Nederlandse voetbal moet zorgen. Onder anderen Piet de Visser, Guus Hiddink, Jaap Stam, Dirk Kuyt en Martin van Geel zitten in werkgroepen die sinds een half jaar draaien. In mei moet een gezamenlijk plan worden gepresenteerd. Laat ik nu veel meer vertrouwen hebben in die praktijk- mensen dan in die wetenschappers. Ko Andriessen, directeur ProProf